Extra opgave 3.2
Geef in de volgende situaties aan of het gaat om een echte, fictieve, oneigenlijke of geen dienstbetrekking.
Situatie | Echte dienstbetrekking | Fictieve dienstbetrekking | Oneigenlijke dienstbetrekking | Geen dienstbetrekking |
---|---|---|---|---|
Salem ontvangt een bijstandsuitkering | ||||
Johan ontvangt een pensioenuitkering van PGGM | ||||
Roald ontvangt salaris van de groothandel waar hij de administratie doet | ||||
Miriam ontvangt een studietoelage van DUO | ||||
Tiny loopt stage en ontvangt daarvoor een vergoeding | ||||
Sarah ontvangt een ANW uitkering | ||||
Een docent geeft als zzp’er bijlessen voor een huiswerkinstituut | ||||
Elly werkt voor de gemeente |